Bouwen aan groenexpertise

Krasser

Chorthippus parallelus

De krasser is een vrij kleine veldsprinkhaan met korte vleugels, ongeveer 1,3-2 cm lang. Ze zijn meestal groen, met bruine en zwarte accentjes, zo is de knie van de springpoot duidelijk donkerder dan de rest van de poot. De Krasser is een van de algemeense sprinkhanen van de Benelux, en het geluid, een helder srè-srè-srè is typisch voor de wat interesante graslanden bermen en tuinen. Doordat ze in grote dichtheden kunnen voorkomen vormen ze belangrijk voedsel voor insectenetende dieren.
Beheer:
De Krasser is een algemene soort van graslandvegetaties. Bijzondere beheermaatregelen zijn niet nodig, maar verschraling van graslanden (afname voedingsstoffen) en daardoor een warmer microklimaat (meer licht op de bodem) zijn voor deze soort positief.
heeft als waardplant

Rood zwenkgras

heeft als waardplant

Gewoon struisgras

heeft als waardplant

Zandstruisgras

heeft als waardplant

Pijpenstrootje

heeft als waardplant

Gewoon reukgras

Monitoring:
Krassers maken bij warm weer een karakteristiek geluid dat makkelijk te herkennen is: een krassend srè-srè-srè, dat ongeveer een seconde duurt
Areaal:
Een algemene sprinkhaansoort in heel de Benelux. Enkel in het noorden van Nederland wat minder algemeen.
Levenscyclus en fenologie:
De eitjes worden in kleine pakketjes in de bodem afgezet, meestal in onbegroeide bodem. Deze warmt in de zon immers meer op. In gesloten grasvegetaties blijken nestbulten van Gele weidemier een geschikte ei-aflegplaats. De eieren komen de winter nadien uit, volwassen dieren worden gezien tussen juni en november.
Verspreiding:
De meeste Krassers hebben korte vleugels en kunnen niet vliegen. Sommige dieren hebben echter lange vleugels en kunnen, wellicht via thermiek, wel ver geraken. Ook wordt vermoed dat eieren reizen via het verplaatsen van grond.
Rode lijst:
Niet bedreigd
Habitatrichtlijn 2:
Nee
Habitatrichtlijn 4:
Nee
Vogelrichtlijn:
Nee
Jachtwild:
Nee
Invasieve exoot:
Nee
Soortenbesluit:
Biotooptype:
Graslanden
Tuinen