Dalende stikstofdepositie is nog niet afdoende voor herstel van droge heischrale graslanden

Dit artikel geeft een goed beeld van het effect van N-depositie op heischrale graslanden. Fig. 2 geeft goed weer dat bij een depositie van meer dan 10 kg N/ha/jr er een daling is van het aantal soorten. Deze daling zet zich door tot 30 kg N/ha/jr dan blijft het aantal soorten terug stabiel. De afname tussen 10 kg en 30 kg is van 20 soorten naar 10 soorten. De winnaars van de stikstofdepositie zijn Gewoon struisgras, Rood zwenkgras, Bochtige smele, Pijpenstootje, Veldzuring, Gewoon haakmos en Groot laddermos. Veel grassoorten dus door de N-depositie krijg je een vergrassing. Verliezers zijn Betonie, Vertakte leeuwentand, Graslokje, Gevlekte orchis, Liggende vleugeltjesbloem, Hondsviooltje en Valkruid. Deze laatste is al lang uitgestorven in Vlaanderen. Naast het streven naar lagere N-deposities kan een beheerder voor herstel van heischrale graslanden kleinschalig ondiep plaggen met een bekalking van 2 ton Dolokal per ha. Waarbij men moet nagaan of er in de omgeving nog voldoende zaad is van de doelsoorten. Zo niet zal men deze moeten aanvoeren.