Effect van zomerbegrazing door Grauwe ganzen op de uitbreiding van waterriet

Grauwe ganzen kunnen de uitbreiding van waterriet tegenhouden door met name in de ruiperiode (mei/juni) alle nieuwe uitlopers weg te grazen. Aangezien dit de kritische periode is voor de vestiging en het broeden van rietvogels zou dit een negatief effect kunnen hebben op deze soorten, maar daar zijn geen directe gegevens van bekend. Zolang er een overstaande rietkraag aanwezig blijft, kan het Riet opnieuw uitlopen via ondergrondse wortelstokken, die via de moederplanten gevoed worden. Wanneer deze echter ook verdwijnen, wat kan gebeuren onder zeer grote graasdruk op bovengrondse delen, maar ook door winterbegrazing op wortelstokken dan verdwijnt de rietkraag in zijn geheel. In tegenstelling tot deze studie werd in de Oostvaardersplassen gevonden dat het Riet zich na begrazing door ruiende Grauwe ganzen hetzelfde jaar goed herstelt en dat de planten het zelfs beter doen dan wanneer ze niet begraasd worden. In veel gebieden groeit Riet echter in een smalle zone langs de oever, is het sediment niet zo voedselrijk en behoren peilfluctuaties niet tot de mogelijkheden. Mogelijk is Riet hierdoor kwetsbaarder voor begrazing door Grauwe ganzen.