Opmaak liggingsplan voor laantjes in de Kalkense meersen en het Paardenbroek

De Kalkense meersen en het Paardenbroek worden ingericht in het kader van het geactualiseerde Sigmaplan als binnendijks wetland. Het gehele gebied moet evolueren naar een mozaïek van natte graslanden, struwelen, riet, verlandingszones en open water. In functie van de beoogde doelstellingen is het nodig om te vernatten. In zwak gebufferde systemen is het echter nodig om voorzieningen te treffen voor de afvoer van zuur regenwater. Dit zuurdere regenwater kan immers als een lens drijven op het grondwater waardoor in de wortelzone zuurdere omstandigheden optreden. Deze verzuring kan resulteren in veranderingen in de vegetatiesamenstelling. In het studiegebied vertonen heel wat percelen laantjes (ondiepe greppels) die zorgen voor oppervlakkige regenwaterdrainage binnen de percelen. De noodzaak om deze laantjes te herstellen en te onderhouden vormt het onderwerp van deze studie. Op basis van verzamelde inzichten werd een voorstel tot herstel, aanleg en onderhoud van de laantjes in de botanische graslandzones en het weidevogelgebied geformuleerd. Een stappenplan en vuistregels beschrijven de ‘best practice’ voor het herstel- en onderhoudsbeheer van de laantjes. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen laantjes in de botanische doelzones en in het weidevogelgebied