Boomroosters
Boomroosters vormen vaak de zichtbare bovengrondse componenten van ondergrondse groeiplaatsconstructies. Ze dienen als bescherming voor de boomwortels en de omliggende grond, waardoor voetgangers en voertuigen niet direct op de wortels of bodem kunnen lopen of rijden. Een meer natuurlijk alternatief is het gebruiken van vaste planten in de boomspiegel, maar soms is de betredingdruk hiervoor te hoog. Boomroosters beschermen de boomspiegel van verdichting op een eerder subtiele wijze, ze kunnen ook een architectonische toets krijgen. Het nadeel is dat onkruidbestrijding in de boomspiegel bemoeilijkt wordt. Aan de andere kant zal dit “onkruid” de bodemstructuur en waterinfiltratie bevorderen.
Steentapijt
Een alternatief voor boomroosters zijn steentapijten. Ze bestaan uit een heterogeen mengsel van matig fijn steengruis en een kunststof die dient als lijm. Ze worden ingegoten op locatie waarna ze uitharden. Ze laten lucht en water door, zij het minder dan boomsroosters, en voorkomen de ontwikkeling van onkruid.
Sandwichpanelen
Boomroosters en steengruis zijn vooral van toepassing in wortelzones waar voetgangers de grootste verkeersdruk vormen. Maar wanneer fietsers of auto’s de wortelzone berijden, zijn ze minder toepasbaar, zij het voor de vlotheid van het verkeer of de grote oppervlaktes die beschermd moeten worden. Op die locaties kunnen sandwichpanelen gebruikt worden. Ze vormen een scheiding tussen de wortelzone en de verharding ten dienste van het verkeer. Ze gaan zowel bodemverdichting als wortelopdruk tegen. Uiteraard kan de constructie toegepast worden bij nieuwe aanplant, maar ook bij reeds gevestigde bomen kan men sandwichpanelen gebruiken om de groeiplaats te verbeteren. Ook op locaties met een hoog grondwaterpeil zijn deze contructies toepasbaar.
Tussen de draagstructuur en de bestrating wordt vaak een filterdoek aangelegd. De draagstructuur zelf bestaat uit een harde kunststof die de druk verdeelt over een groeisubstraat, vaak bomenzand. De draagstructuur en het substraat kunnen worden gescheiden door wapenings- en/of worteldoeken. Daarbovenop is er ook een luchtlaag tussen het substraat en de bovenkant van de draagstructuur. Aangezien wortels niet in de lucht groeien, wordt er op die manier wortelopdruk vermeden.