Boomsoorteigen ecosysteem - parasieten

Hallo, ik ben Gerrit Jan Keizer. Vandaag ga ik iets laten zien over de toepassing van de mycological tree assessment methodiek, of MTA methodiek, en dat doe ik aan de hand van deze bruine beuk, die aan zijn stamvoet verschillende parasieten heeft, en in zijn omgeving verder geen ectomycorrhizasymbionten meer heeft. Dat zegt iets over de levensfase van deze boom, maar ook over het toekomstperspectief van deze boom. In de MTA methodiek wordt de hele mycologie meegenomen, waar dat in de visual tree assessment methodiek eigenlijk niet of nauwelijks gebeurd.

Als eerste zien we hier een bastkanker van het beukenbastkankermeniezwammetje. Die vormt van binnenuit jaarringen en daardoor wordt die bult, die bastkanker, steeds groter. Je ziet zelden vruchtlichamen van dat bastkankermeniezwammetje, op dit moment zie je wel paddenstoeltjes maar dat zijn glimmerinktzwammen en die hebben niets met die bastkanker vandoen.

Hier hebben we de tweede parasiet. Je ziet hier van boven naar beneden zo'n dertig-veertig centimeter een lekspoor, een zwart lekspoor, dat is van de echte honingzwam, die is op dit moment met rizomorfen actief in de levende delen van de boom, en nog niet met vruchtlichamen aanwezig.

Hier hebben we de derde parasiet aan de stamvoet. Hier onderaan zit kortste van de korsthoutskoolzwam, en die is van binnen naar buiten gekomen, en die heeft in zijn weg naar buiten inmiddels zelfs grote gaten in de stamvoet gemaakt. Er is een baan, links van, die heeft geprobeerd zich te versterken, over de aantasting heen, en daarvan springt de bast nu zelf weer af.

Hier hebben we de vierde parasiet. Links en rechts zit een behoorlijk ontwikkeld meerjarig vruchtlichaam van de platte tonderzwam, en hier kun je mooi zien dat zo'n boom gecompartimenteerd is omdat tussen de vruchtlichamen in, dus tussen de aantasting in, ooit een keer door windbelasting een torsiescheur is ontstaan, en die heeft die boom kunnen repareren omdat dat gebeurd is in een zone die niet door die platte tonderzwam is aangetast.

En wat is nu de conclusie? Als we boven ons kijken zien we dat er aan de kroon van deze bruine beuk niet veel te zien is, hij heeft een klein kroontje. Wat we weten is dat in de afgelopen vier jaar dat we de boom gevolgd hebben, er rondom de boom nooit ectomycorrhizasymbionten zijn aangetroffen, en tegelijkertijd wordt die wel door vier verschillende parasieten aangetast. Dus het toekomstperspectief van deze boom is slecht, terwijl er in de kroon eigenlijk geen aanleiding is om aan te nemen dat die boom eindig zal zijn.