Casus iep en zwam

DE IEP

 

Ik zie mij genoodzaakt om de enthousiaste verhalen over herbebossing met iepen wat te nuanceren. Anders dan de (inheemse) boomsoorten, die aan ectomycorrhiza vormende macrofungi gebonden zijn, is Ulmus arbusculaire mycorrhiza vormend, wat impliceert, dat er rond de boom geen vruchtlichamen van ectomycorrhizasymbionten aan kunnen worden getroffen.
Daarnaast is er slechts een handjevol saprotrofe en/of parasitaire soorten als de iepenzwam (Hypsizygus ulmarius), de zalmzwam (Rhodotus palmatus), het viltig judasoor (Auricularia mesenterica) en de zeer zeldzame iepenbuisjeszwam (Rigidoporius ulmarius) exclusief of overwegend aan iep gebonden.
De consequentie hiervan is, dat de iep op mycologisch gebied zo weinig aan de biodiversiteit van het bos bijdraagt, dat herbebossing met iepen (dan wel met esdoorns of essen) met een extreme achteruitgang van de mycoflora gepaard gaat. En hoewel Tilia (let wel: een Malvaceae) met ectomycorrizasymbionten geassocieerd is, kent het slechts twee exclusief aan linde gebonden soorten.
(© G.J. Keizer, 2023)

Rigidoporus ulmarius
Rigidoporus ulmarius (Gerrit Jan Keizer)

Geschreven door:

Gerrit Jan Keizer
Gerrit Jan Keizer
Mycoloog