Als we gedurende langere tijd een peilbuis of piëzometer opmeten, kunnen we die peilgegevens in een tabel tonen, maar ook in een grafiek. Eén manier om dat te doen, is de gegevens te visualiseren in functie van de tijd. Dat wordt dan een tijdreeks genoemd. Een tijdreeks kan de diepte t.o.v. het maaiveld weergeven ofwel de hoogte t.o.v. een bepaald
referentieniveau, b.v. TAW. De diepte van het grondwater onder het maaiveld is erg relevant voor de vegetatie, de vergelijking van het grondwaterpeilen t.o.v. TAW geeft dan weer inzicht in de stromingsrichting van het grondwater, omdat we de waterdrukken tussen meetpunten kunnen vergelijken.
Belangrijk daarbij is dat de piëzometers lang (8 jaar of langer) en regelmatig (om de 14 dagen, maar liefst meer) bemeten worden en bij voorkeur geautomatiseerd met een diver. Een lang lopende tijdreeks heeft volgende voordelen:
- het levert info op over de standplaats;
- het laat evaluatie toe van uitgevoerde of geplande werken;
- het brengt autonome processen in beeld (verdroging/vernatting);
- het (niet) halen van doelen kan verklaard worden;
- effecten van grondwaterwinningen worden eenduidig in beeld gebracht;
- lange (goed bemeten) tijdreeksen zijn cruciaal bij inzet van grondwatermodellering.