Veenverwering herkennen met Von Post

Verweerd veen en onverweerd veen
Verweerd veen links (H9-H10) en bijna onverweerd veen rechts (H2 of H1) (Rollin Verlinde)

Deze methode is een snelle maar goede veldmethode om een indruk te krijgen in welke mate veen reeds verweerd is: de Von Post classificatie. Von Post was een Zweedse veenonderzoeker uit het begin van de 20ste eeuw.
Deze classificatie is gebaseerd op de humificatiegraad, die bepaald wordt aan de hand van een veenmonster dat in de hand wordt uitgeperst. Daarbij wordt naar volgende eigenschappen gekeken:

  • de kleur (bleek tot zwart), 
  • de herkenbaarheid van plantenresten (alles herkenbaar tot een pasta met slechts een paar plantendelen), 
  • de troebelheid van het water dat met de hand uit een kleine hoeveelheid veen wordt geperst (helder water tot zwarte modder) en
  • de hoeveelheid veen dat in de hand blijft bij uitpersen (alles blijft in de vuist tot pasta die tussen de vingers wordt geperst). 

De humificatieschaal die hierbij werd opgesteld, reikt van H1 tot en met H10. De graad H1 wordt gegeven aan een niet-gehumificeerd veenmonster waarvan het uitgeperste water kleurloos is. Naarmate de humificatiegraad toeneemt, zal eveneens de troebelheid toenemen en de kleur van het uitgeperste water donkerder worden, ten gevolge van het feit dat eveneens een kleine hoeveelheid veenstof mee uitgeperst wordt. Vanaf een humificatiegraad H6 komt er geen water meer vrij en neemt de hoeveelheid aan herkenbare plantenresten steeds verder af. Een humificatiegraad H10 wordt tenslotte gegeven aan veen dat enkel nog bestaat uit fijn verdeeld humus en bij het uitpersen geheel tussen de vingers wegloopt.

Neem een ongestoord veenmonster dat net in een bijna gesloten vuist vuist past. Knijp het licht samen en kijk naar het water. Knijp het vervolgens nog harder en kijk of het tussen je vingers wordt geperst. Nadien breek je het restant om te kijken of er vezels te zien zijn, dan wel of de restant papperig is.

  1. Verweringsgraad H1: compleet onverweerd veen zonder bagger (slibachtige modder); wanneer het veen in de handpalm samengeknepen wordt, treedt alleen kleurloos, helder water uit, in een vrij grote hoeveelheid. De rest bevat bijna uitsluitend vezels; 

  2. Verweringsgraad H2: bijna geheel onverweerd veen zonder bagger; het uitgeperste water is bijna helder maar geel-bruin van kleur; 

  3. Verweringsgraad H3: nauwelijks verweerd veen dat nauwelijks bagger bevat; het uitgeperste water is duidelijk troebel; er wordt geen vaste stof tussen de vingers door geperst; het residu is niet papperig, 80% van de restant bestaat uit vezels; 

  4.  Verweringsgraad H4: licht verweerd veen dat enige bagger bevat; het uitgeperste water is zeer troebel; het residu is enigszins papperig, maar nog steeds vrij veel vezels, ongeveer de helft; 

  5. Verweringsgraad H5: matig verweerd veen en veen met een aanzienlijk bagger gehalte; de plantendelen zijn herkenbaar maar niet duidelijk; Een deel van de vaste stof verwijnt als dunne bagger tussen de vingers; het residu is sterk papperig;

  6. Verweringsgraad H6: matig verweerd veen en veen met een aanzienlijk bagger gehalte; de plantendelen zijn niet duidelijk; het residu is sterk papperig en er blijft een aanzienlijke baggerresten in het ongeknepen veen, het veen komt tussen de vingers uit; 

  7. Verweringsgraad H7: sterk verweerd veen en een aanzienlijke baggergehalte; de plantendelen zijn niet duidelijk te herkennen; bij knijpen verdwijnt bijna al het veen als fijne bagger door de vingers; het water is zeer troebel;

  8. Verweringsgraad H8: sterk verweerd veen en een aanzienlijke baggergehalte; de plantendelen zijn niet te herkennen; bij knijpen verdwijnt bijna al het veen; het residu is een uniforme pasta met 15% vezels;

  9. Verweringsgraad H9: bijna volledig verweerd veen en verlagen; er zijn nauwelijks herkenbare plantendelen; het water is zeer troebel, maar veel komt er niet meer uit; het residu is een uniforme massa zonder vorm, tweederde van het monster knijp je tussen de vingers uit;

  10. Verweringsgraad H10: volledig verweerd veen en bagger; water is er niet meer uit te knijpen, er zijn geen plantendelen te herkennen; bij knijpen verdwijnt het meeste tussen de vingers door.

Monstername

Dit veenmonster is dan bij voorkeur al niet samengeduwd bij de monstername. Een gutsboor of steekboor is daarom minder geschikt. Er zijn speciale veenboren zoals de Russische veenboor, ook klepgutsboor genoemd. Als je enkel oppervlakkig een staal wil nemen, werkt een broodmes of zaag even goed om een vierkant uit te snijden.

Relevantie

De verweringsgraad van veen is sterk gelinkt aan andere parameters zoals doorlaatbaarheid, nutriëntenbeschikbaarheid, pH, enz. Het succes van veenherstel hangt ook af van de verweringsgraad van het veen. Als die teveel is verweerd, zijn de poriën verdwenen en is de densiteit aan nutriënten hoog. Regenwater blijft staan en plantengroei en vergrassing zijn uitbundig waardoor er flink moet gemaaid worden. Dat verdicht de bodem nog meer.

Bij een matige verweringsgraad, tussen H2 en H6 is herstel wel nog mogelijk. Kwelwater geraakt door de veraarde veenlaag, water dat door het veen het reliëf afstroomt neemt nutriënten mee en de flexibiliteit van de bodem laat toe om te maaien zonder overdreven verdichting. Hoe lager de verweringsgraad, hoe beter dit zal lukken.

Geschreven door:

Rollin Verlinde
Rollin Verlinde
Lesgever water Inverde