De Europese natuurdoelen geven aan waar in Vlaanderen en in welke mate Europees beschermde natuurtypes (bos, heide, duinen, …), maar ook specifieke fauna en flora in kwaliteit en kwantiteit moeten toenemen om gezond ofwel ‘in een gunstige staat van instandhouding’ te geraken en blijven. Per habitattype of soort wordt zowel een kwantiteits- als kwaliteitsdoel vastgelegd voor elk Natura 2000-gebied. Het eerste geeft aan welke oppervlakte van een bepaald habitat of welke grootte van een populatie wordt nagestreefd. Het tweede geeft aan welke kwaliteitseisen worden gesteld aan het leefgebied van een soort of aan een habitattype.
Oefening: natuurdoelen
1. Kies één soort en één habitat dat beschermd wordt in je dichtstbijzijnde SBZ-H, en één soort uit je dichtstbijzijnde SBZ-V.
2. Zoek op welke gewestelijke instandhoudingsdoelstellingen (G-IHD) er zijn voor die soorten en die habitat. De G-IHD vind je in een publicatie van INBO via onderstaande link.
3. Zoek op welke specifieke instandhoudingsdoelstellingen (S-IHD) er zijn voor die gekozen soorten en die habitat. De S-IHD vind je door te surfen naar de website www.natura2000.vlaanderen.be(opent nieuw venster). Navigeer dan naar Gebieden > kies het gebied in kwestie > Publicaties in linkermarge > S-IHD-besluit.
(Doe dus net zo voor jouw uitgekozen soorten en habitat als voor de roerdomp op de afbeeldingen hier rechts boven)