Niet elk natuurstreefbeeld kan op elke plaats voorkomen. De eigenschappen van de bodem en het water bepalen in grote mate welke natuurstreefbeelden op een bepaalde plaats voorkomen. Natuurstreefbeelden komen meestal voor binnen een bepaald bereik van abiotische eigenschappen. We noemen dit het abiotisch bereik van een natuurstreefbeeld. In de les gaan we samen het voorbeeld bekijken van het abiotisch bereik van het natuurstreefbeeld Droge heide (4030) en een aantal andere natuurstreefbeelden. Over de abiotiek van de verschillende natuurstreefbeelden is zeker nog niet alles geweten. Dit zijn echter geen eenvoudige publicaties. In de cursus behandelen we de abiotiek op een zeer vereenvoudigde manier met termen als matig voedselrijk en vochtig of droog. Er zijn verschillende publicaties over abiotiek van natuurstreefbeelden maar deze zijn meestal niet eenvoudig. Hieronder vind je een voorbeeld van een studie i.v.m. bekalking op heide en heischrale graslanden. Op pagina 29 vind je voor verschillende factoren het abiotische bereik.