Begraafplaatsen zijn vaak erg interessant voor wilde bijen. Omdat verschillende bijensoorten het vandaag moeilijk hebben, kunnen ze extra zorg en aandacht bij het beheer goed gebruiken.
Bijna 80 procent van de wilde bijen maakt hun nesten in de grond. Daarvoor hebben ze open, zonnige plekken met losse bodem nodig. Zo kunnen op aardestroken, onverharde paden of tussen de kasseien en steentjes honderden tot duizenden grondnesten voorkomen. Enkele bijensoorten op begraafplaatsen zijn Grijze zandbij en Breedbandgroefbij. De nesten worden elk jaar op precies dezelfde plek gemaakt. Bij het beheer is het belangrijk om deze open plaatsen te behouden, bijvoorbeeld door na de vliegperiode oppervlakkig te schoffelen of te harken. De nesten zitten meestal meer dan 15 centimeter diep en zijn veilig. Wanneer echter heet of kokend water ingezet wordt om plantengroei tegen te gaan, worden ongewild nesten vernietigd omdat dit dieper in de bodem dringt. Het gebruik van deze onkruidverdelger is dan ook te vermijden.
Naast nestgelegenheid, is ook het nectar- en stuifmeelaanbod van belang. Het best is om te werken met de natuurlijke vegetatie die al op de begraafplaats aanwezig is. Een geschikt maaibeheer van de graslanden en gazons kan daarvoor zorgen. Dankzij maaien en afvoeren neemt de spontane bloemenrijkdom en het nectar- en stuifmeelaanbod toe. Als er niet gemaaid wordt of wanneer het maaisel blijft liggen, vervilt en verruigt de vegetatie. De graslanden gaan bij voorkeur steeds kort de winter in. Let er bij het beheren van korte gazons op dat bloemen zoals kleine ooievaarsbek, gewone rolklaver, gewone ereprijs of muizenoor, … nog steeds tot bloei kunnen komen. Maai het gazon daarom niet té vaak en niet te kort. Dat oogt mooier en kleurrijker voor de bezoekers, en biedt ook nectar voor de bijen. Strooiweides en andere korte vegetaties bieden naast nectar ook nestgelegenheid op plekken met een open bodem die snel opwarmt.
Met een goede communicatie worden bezoekers geïnformeerd over het belang van de begraafplaats voor wilde bijen en gerustgesteld dat wilde bijen geen gevaar vormen. Het plaatsen van een bijenhotel is in de eerste plaats een educatief element om bezoekers te betrekken en draagvlak te creëren. Zo kan je in het voorjaar van dichtbij genieten van het gezoem van soorten als de Rosse metselbij. Let wel, het voorzien van nestgelegenheid in de bodem en het aanbod van nectar blijven het allerbelangrijkste in functie van wilde bijen. Daar moet dan ook als eerste aan gewerkt worden.