Winterlinde of kleinbladige linde is een inheemse boomsoort met een bladschijf van 3 - 7 cm soms 10 cm lang. Het blad heeft een hartvormige voet, een toegespitste bladtop en een gezaagde bladrand. De onderzijde van het blad is blauwgroen. Op de onderzijde zijn de tertiaire nerven nauwelijks zichtbaar en zitten er rossige haren in de oksels van de nerven.
Van nature komt Winterlinde voor op vruchtbare kalkhoudende bodems maar hij kan nog vrij goed groeien op armere bodems. Verzuurde, zeer arme bodems verdraagt hij niet. Het is een uitstekende straat- of parkboom die zeer goed snoei verdraagt. Door zijn goede stoofopslag is het ook een goede hakhoutsoort.
Het natuurlijke milieu van Winterlinde moet vooral gezocht worden op vruchtbare, kalkhoudende leembodems. Omdat die in Vlaanderen reeds vroeg in akkerland omgezet werden, resteren er amper natuurlijke milieus voor deze boom en is het moeilijk een preciezer beeld van het milieu te schetsen. We kennen bijvoorbeeld geen duidelijke verschillen tussen de milieuvereisten van winter- en zomerlinde. Uit de Europese verspreiding kunnen we afleiden dat winterlinde mogelijk wat minder warmteminnend is, want haar areaal reikt wat noordelijker.
Er zijn heel wat cultivars beschikbaar, enkele zijn:
Blad: min of meer rond, 3 - 7 cm soms 10 cm lang, hartvormige bladvoet (soms scheef) en scherp toegespitste top, gezaagde bladrand en de onderzijde is blauwgroen. De onderzijde blad is zo goed als kaal met kleine toefjes roodbruine haren in nerfoksels.
Bloemen: per 5 - 10 bijeen, in opstaande tuilen
Vrucht: Nootjes zijn glad met weinig uitspringende ribben.
Twijgen en knoppen: De twijgen zijn groen tot roodbruin, kaal met lichtbruine lenticellen. Ze lopen zigzag doordat de zijknoppen telkens naar afwijken van de as van de tak. De knoppen zijn stomp-eivormig, fijn behaard, met twee groenrode knopschubben. Schors Dun, zwartgrijs met in hoofdzaak verticale scheuren.
Voor het onderscheid tussen Zomerlinde, Winterlinde en Hollandse linde kijken we naar de grootte en de onderkant van het blad
groeit in zijn jeugd vrij traag
20 - 25 m (occasioneel tot 30 m)
Winterlinde heeft een Europees areaal. De soort komt voor van Engeland tot de Oeral en de Kaukasus, en van het noorden van het Iberisch Schiereiland en het grootste deel van het Middellandse- Zeegebied tot Midden-Scandinavië. In België is het verspreidingspatroon, net zoals bij zomerlinde, sterk vertroebeld door aanplant. Toch komt zelfs uit dat patroon de voorkeur voor leemhoudende en kalkhoudende bodems nog naar boven.
Winterlinde is als oorspronkelijk wilde soort mogelijk helemaal uitgestorven in Vlaanderen. Misschien groeien hier of daar toch nog enkele tientallen 'oorspronkelijk inheemse' exemplaren. Genetisch onderzoek kan iets meer opheldering brengen, maar de verduidelijking zal ongetwijfeld met zich meebrengen dat nog meer exemplaren van de lijst 'mogelijk oorspronkelijk inheems' afgevoerd moeten worden. Winterlinde is met andere woorden een goed voorbeeld van een relatief veel aangeplante of verwilderde boomsoort, waarbij de globale frequentie-omschrijving voor Vlaanderen (in dit geval: ‘vrij zeldzaam’) geen weerspiegeling is van de ‘oorspronkelijke’ natuurlijke verspreiding ervan. Winterlinde is vaak bijzonder lastig te onderscheiden van de kruising tussen winter- en zomerlinde. Alleen een combinatie van kenmerken en een goede kennis van de oude cultuurklonen bieden garanties voor een juiste determinatie. De belangrijkste onderscheidende kenmerken voor winterlinde zijn de gladde of weinig geribde, gemakkelijk samendrukbare vruchten, de scheef opgerichte bloeiwijze, de weinig behaarde of zelfs kale bladonderzijde, de rossige beharing in de oksels van de nerven aan de bladonderzijde, de nauwelijks opvallende tertiaire nervatuur aan de onderzijde van het blad, de blauwgroene bladonderzijde en de kleine (d.i. 3-7 cm lange) bladeren.
bloemen in korte, opstaande tuilen, 5 - 10 bijeen en met een lichtgroen, lancetvormig schutblad (6 - 7 cm)
Deze pagina werd mogelijk gemaakt door de financiële steun van het LIFE-programma van de EU(opent nieuw venster) in het kader van het LIFE BNIP-project(opent nieuw venster).
Ga op zoek naar één of meerdere bomen die voldoen aan jouw criteria.
Wat weet jij over natuur, natuurbeheer en -beleid? Een overzicht van onze populairste testen.