De Pad is een zwaargebouwd amfibie, de vrouwtjes kunnen bij ons 12 cm lang worden. Ze zijn bruingekleurd, wat knobbelig en de buit is witgrijs met een marmertekening. Van dichtbij vallen de ogen op: koperrood. Padden zijn niet kieskeurig wat het habitat betreft: tuinen, weilanden, bossen, heide enz. Ze planten zich voort in wat grotere en diepere waters met boomwortels of oevervegetatie om de eisnoeren aan vast te hangen. Die snoeren kunnen 4 meter lang zijn en tot 8000 eieren bevatten.