De bruine rat is van oorsprong een exoot die in de 18de eeuw vanuit Azië naar Europa is gebracht door de scheepvaart. De bruine rat duikt en zwemt regelmatig en wordt vaak geassocieerd met water. Een andere naam voor de bruine rat is rioolrat. De aanwezigheid van bruine ratten hangt vaak samen met mensen (en hun afval). Eigenlijk zijn bruine ratten fascinerende, sociale en redelijk slimme dieren. Ze worden dan ook als huisdier gehouden. Tamme ratten en laboratoriumratten stammen van bruine ratten af.
Ratten bestrijden gebeurt grotendeels met giftig lokaas zoals Difenacium, Warfarine en Bromadiolone. Door het soms veelvuldig gebruik van deze stoffen, begint er bij verschillende rattenpopulaties resistantie op te treden tegen een of meerdere van deze producten. Er moet dan ook omzichtig omgesprongen worden met gif. Immers, naast het aangepast gebruik van rodenticiden om resistentie tegen te gaan resten er ons niet zoveel extra mogelijkheden.
De basis van een goede rattenbestrijding is echter preventie. Preventieve maatregelen zorgen ervoor dat ratten ontmoedigd worden om zich ergens te vestigen.Het komt er op neer dat er geen voedsel en schuilplaatsen vrij aanwezig mogen zijn die ratten het leven aangenaam maken. Daarnaast kunnen ratten geweerd worden uit gebouwen door verschillende bouwtechnische maatregelen en kan op plaatsen waar het aangewezen is gebruik gemaakt worden van vallen.
Een eerder theoretische optie om resistentie te onderdrukken is het behoud van gifgevoelige populaties van waaruit dan dieren kunnen migreren en zo de resistentiedruk op andere locaties kunnen verminderen. ( Baert K, Stuyck J, Breyne P, Jansen I & Pieters S (2012). Bestrijding van de bruine rat in Vlaanderen – resistentie tegen rodenticiden. Rapporten van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek 2012 (35). Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek, Brussel. )
De bruine rat is robuuster dan de zwarte rat. Het lichaamsgewicht van volwassen dieren is 200-500 g. De ogen zijn relatief kleiner dan bij de zwarte rat. De oren zijn dik, rond en kort behaard, die van de zwarte rat zijn duidelijk groter en kaler. Naar voor geplooid reiken ze hoogstens tot aan de achterste ooghoek. De achtervoet is stevig gebouwd en meet 35-45 mm. De staart is gewoonlijk korter dan de kop-romplengte, in tegenstelling tot bij de zwarte rat. De kleur van de vacht is variabel: meestal grijsbruin op de rugzijde, de flanken veelal lichter gekleurd en de buikzijde vuilwit tot grijs.
De bruine rat leeft in familiegroepen, roedels genaamd en vertoont daarbij een complex sociaal gedrag. Dikwijls hebben bruine ratten enkel een klein familieterritorium rond de nestplaats, maar foerageren ze op neutrale of gemeenschappelijke grond, bijvoorbeeld een stapelplaats van voedsel, waarbij ze zich niet agressief tegenover elkaar gedragen. Hierdoor kunnen soms zeer grote aantallen ratten op een zeer beperkte plaats voorkomen. Het blijkt zeer moeilijk om nauwkeurige aantalsschattingen uit te voeren.
De bruine rat is overwegend actief gedurende de eerste uren na zonsondergang en voor zonsopgang. Van dit algemeen activiteitspatroon kan echter omwille van verschillende redenen afgeweken worden, zoals onder andere de aanwezigheid van predatoren of de timing van het voedselaanbod (voederregime in boerderijen, aanvoer in riolen, ...).
De voortplanting vindt gedurende het hele jaar plaats, zelfs bij temperaturen onder het vriespunt, mits er voldoende voedsel aanwezig is. In het voorjaar en het najaar is er meestal een periode van verhoogde voortplantingsactiviteit. Door een visuele controle van de baarmoeder bij dissectie blijkt dat gemiddeld zowat 10 tot 30 % van de volwassen vrouwtjes zwanger is. De eerste dagen van een zwangerschap worden op deze wijze niet gedetecteerd, zodat hierdoor bij benadering slechts 72 % van de zwangerschappen worden meegeteld. Na een draagtijd van ongeveer 24 dagen worden 1 tot 15 jongen geboren. Afhankelijk van de bestudeerde populatie schommelt het gemiddelde aantal jongen per worp tussen 7,9 en 9,9. Vrouwtjes kunnen onmiddellijk na de bevalling opnieuw bevrucht worden. Afhankelijk van de omstandigheden kunnen er gemiddeld 2,2 tot 6,4 worpen per jaar geproduceerd worden. Het gemiddeld aantal jongen geproduceerd per vrouwtje schommelt dus tussen 18,5 en 53,4 per jaar. Na 3 tot 4 maand zijn de jongen geslachtsrijp en kunnen zij reeds deelnemen aan de voortplanting. Door deze hoge voortplantingscapaciteit kan bij gunstige omstandigheden een populatie plaatselijk niet alleen zeer snel in aantal toenemen, maar zich ook zeer snel herstellen na een bestrijdingsingreep.
In gevangenschap kan de bruine rat 3 jaar oud worden. Slechts 80 % van de mannetjes en 77 % van de vrouwtjes wordt ouder dan 20 maand. In de natuur worden ze veel minder oud. Daar zou de jaarlijkse sterfte kunnen oplopen tot 90-95 %. Naast de mens zijn de belangrijkste vijanden van de bruine rat de huiskat, hond, wezel, hermelijn, bunzing, oehoe, bosuil en kerkuil.
Bruine ratten komen overal voor, ze zijn algemeen aanwezig langs waterlopen. Daarnaast krijgen de gemeenten zeer vaak melding van de inwoners over de aanwezigheid van bruine ratten in en rond gebouwen en openbare domeinen. Eveneens bestrijden overheidsdiensten systematisch bruine ratten op een aantal plaatsen, zoals vuilnisbelten en riolen.
De bruine rat vinden we vooral in en nabij boerderijen, woningen, fabrieken en stapelplaatsen, maar ook in riolen en op afvalstorten, kortom, menselijke activiteiten. In het open veld vindt ze vooral een onderkomen in akkerranden, houtkanten, greppels en langs waterlopen. Vanaf oktober zoeken meer en meer dieren een onderkomen in of rond landbouwgebouwen om er te overwinteren. Na een piek in april neemt het aantal ratten op de boerderijen opnieuw af, omdat ze dan weer meer het open veld opzoeken.
De bruine rat is een alleseter. Ze verkiest over het algemeen granen, maar kan het ook zeer goed stellen met allerhande huishoudelijk afval, waaruit ze selectief haar menu samenstelt. Wat ze precies eet, hangt zeer sterk af van het aanbod. Dit kan enorm verschillen naargelang het biotoop en het seizoen. Haar dieet zou over het algemeen voornamelijk bestaan uit granen (30 %) en verse plantendelen (34 %; vruchten, kruiden en grassen). Eiwitrijke voedingsstoffen, zoals vlees of vis, zouden maar voor 10 % worden gegeten. Toch worden bruine ratten beschreven als predatoren. Ze eten kuikens en jonge konijnen op bedrijven. In open veld vangen ze soms (jonge) vogels en roven hun nesten en eieren. Ook amfibieen worden gedood en veldmuizen aangevallen. In noodgevallen worden zieke of jonge soortgenoten gedood en opgegeten. Langsheen waterlopen zou de bruine rat een belangrijke predator zijn van schelpdieren zoals zwanenmossels. In het voorjaar klimmen ze in fruitbomen om knoppen en jonge loten te eten. Verschillende fruitsoorten en walnoten worden zeer gegeerd. Ze klimmen op rijpe zonnebloemen om de zaden eruit te eten.
De uitwerpselen van de bruine rat, die dikwijls een eerste teken zijn van haar aanwezigheid in gebouwen, zijn cilindervormig en aan een of beide zijden puntig. Ze zijn 12 tot 15 mm lang en 5 tot 7 mm breed en hebben een variabele kleur. Ze worden dikwijls in grote hoeveelheden bij elkaar gedeponeerd, vaak langsheen muren of in hoeken. Dagelijks worden er door 1 rat een 40-tal keutels geproduceerd.
De bruine rat maakt haar nest zowel ondergronds als bovengronds. Soms graaft ze hiervoor gangen, liefst in weinig betreden en goed geirrigeerde grond, tussen stenen of de wortels van een boom. Deze gangen hebben een diameter van 5-9 cm. Vaak blijft het bouwwerk beperkt tot een enkelvoudige gang van hooguit 1 m lang, soms wel tot 2 m, die naar een of meerdere eenvoudige nestruimten van 12 op 15 cm leidt. Veelal worden er echter ook een of meerdere nooduitgangen voorzien, die verborgen liggen onder de vegetatie of afgesloten worden met een dun laagje aarde. In korte zijgangen wordt soms plantenmateriaal opgestapeld. Zelden wordt dieper gegraven dan 50 cm, meestal zelfs hooguit 30 cm.
Anderzijds maakt de bruine rat ook gebruik van reeds bestaande holen of maakt ze een eenvoudig nest op beschutte plaatsen, zoals tussen opgestapeld brandhout of tussen balen stro. Een nestplaats wordt dikwijls door verschillende generaties gebruikt.
Ga op zoek naar één of meerdere bomen die voldoen aan jouw criteria.
Wat weet jij over natuur, natuurbeheer en -beleid? Een overzicht van onze populairste testen.