Dichte bermzegge

Dichte bermzegge is een middelhoge, grasgroene plant die in dichte pollen groeit, met een korte, verhoutende wortelstok. In tegenstelling tot Gewone bermzegge, die eerder in bloei komt en een rode tint vertoont in de onderste delen, mist Dichte bermzegge deze rode kleur. De onderste scheden van de plant zijn bruin en vezelig. Niet-bloeiende scheuten vormen korte schijnstengels. De bloeistengels zijn stomp driekantig.

De compacte bloeiwijze, vaak slechts twee centimeter lang en soms aan de voet iets onderbroken, bestaat uit vier tot zes kleine, eivormige aren met kafjesachtige tot kort priemvormige schutbladen. De aren bevatten onderaan vrouwelijke, tweestempelige bloemen, en aan de top mannelijke bloemen. De urntjes blijven lange tijd groen en worden pas in de nazomer donkerbruin. Ze zijn platbol, eirond, drie tot vier millimeter lang, glanzig, dunvliezig, op de rug zwak generfd, aan de voet afgerond en dan plotseling samengetrokken, met aan de top een kort, tweetandige snavel. Het nootje is trapeziumvormig en kleurt uiteindelijk steenrood.

Dichte bermzegge komt voor in Europa, met uitzondering van het hoge noorden en delen van het zuidoosten, en verder in West- en Midden-Siberië. In Nederland is de plant zeer zeldzaam en beperkt tot het zuidoosten en midden van het land. De meeste vindplaatsen liggen in heuvelgebieden langs de rand van rivierdalen, met name in de omgeving van Arnhem en Nijmegen. In Zuidwest-Drenthe zijn planten gevonden die tussen Dichte en Groene bermzegge instaan.

De standplaatseisen van Dichte bermzegge zijn slecht bekend. Uit de schaarse vondstgegevens blijkt dat de plant voorkomt op grazige, vaak licht beschaduwde plaatsen op droge, zwak zure, kalkarme, matig voedselrijke zand- en leemgronden, voornamelijk op hellingen. Ze is gevonden langs bosranden en heggen en ook op een molenbelt. In het Rijk van Nijmegen, waar Dichte bermzegge op enkele plaatsen talrijk was, zijn de flora en vegetatie uitzonderlijk sterk verarmd door veranderd bosbeheer (opgaand bos in plaats van hakhout), ontginning, bemesting, luchtverontreiniging en stadsuitbreiding. Vooral zoomplanten zijn hierdoor verdwenen, en dat geldt ook voor Dichte bermzegge. Op de weinige resterende groeiplaatsen komt ze slechts in een of enkele pollen voor.

© E.J. Weeda, Nederlandse Oecologische flora, IVN, 1994 (deel 5)