Bouwen aan groenexpertise

Dijkviltbraam

Rubus armeniacus

Een bramensoort met lange stengels die stevige rechte stekels dragen en in de zon meestal rood zijn gekleurd. De bladeren zijn vijftallig met een witte onderzijde. De bloemen staan in een pluim waarvan de takken ruw behaard zijn.
Beheer:
Kleine populaties kunnen handmatig worden bestreden (uittrekken/uitgraven). Groter populaties kunnen machinaal worden verwijderd. Hergroei dient gedurende verschillede opeenvolgende jaren te worden afgemaaid (meerdere maaibeurten per jaar) of kan eventueel chemisch worden bestreden. Daarnaast zijn geiten effectieve begrazers voor bramen, zeker op moeilijk bereikbare plaatsen.

Hoogte plant

Minimaal:
100cm
Maximaal
400cm

Bloeiperiode

Vanaf:
juni
Tot:
juli

Bloemkleur

lichtroze

Bestuiving

zonder bevruchting
Zaad:
vanaf 0 tot 0
Gebruik:
vruchten
Bladseizoen:
zomergroen
Levensvorm:
phanerofyt
Geslachtsverdeling:
tweeslachtig
Jarigheid:
meerjarig
Vruchttype:
steenvrucht
Vruchtkleur:
zwart
Verbreidingswijze:
dieren (inwendig)
Verbreidingsstrategie:
een groot aantal wijd-verspreide zaden of sporen
zijdelingse vegetatieve voortplanting (scheuten gewoonlijk langer dan 1 groeiseizoen aan moederplant gehecht) (twijfelachtig)
Indigeniteit:
neofyt
Herkomst:
West-Europa
Grime-competitiewaarde:
0.00
Grime-stresswaarde:
0.00
Grime-ruderaliteitswaarde:
0.00
Ellenberg licht:
0
Ellenberg vocht:
0
Ellenberg pH:
0
Ellenberg voedselrijkdom:
0
Maaigevoeligheid:
0
Hagen, wegkanten, spoorbermen, parken en tuinran­den. Meestal op voedselrij­ke, vochthoudende, bij voorkeur jonge iets kalkhoudende bodem. Een van de meest algemene soorten in spoorwegbermen.
Habitatrichtlijn 2:
Nee
Habitatrichtlijn 4:
Nee
Beschermd:
Nee
Zeldzaamheid KFK-klasse:
0 kwartierhokken

Cursussen bij Inverde

Boeken