Door bepaalde bewerkingen uit te voeren kunnen de eigenschappen van hout zodanig worden aangepast dat er een geschikte brandstof ontstaat. Voorbeelden van gebruikelijke bewerkingen zijn klieven, verkleinen (chippen, shredderen), drogen (passief of actief), het verwijderen van niet-houtdelen en aanhangend zand en het verdichten (pelleteren of briketteren).
- Een andere vorm om hout te verwerken is door middel van een chipper of versnipperaar. Deze snijdt het hout in chips of snippers. Houtchips of houtsnippers van goede kwaliteit voldoen aan de technische specificatie van de meest gebruikte biomassacentrales of houtsnipperketels, en zijn relatief kosteneffectief te produceren uit diverse schone houtstromen;
- Chunks zijn uniform van grootte en bevatten minder fijn materiaal dan houtchips. Ze zijn bovendien groter dan houtchips (>50mm);
- Houtbriketten en pellets zijn in veel gevallen technisch geschikt, maar door de hogere voorbewerkingskosten duurder en daardoor minder aantrekkelijk dan chips, tenzij voor langdurig transport. Pellets zijn geschikter voor transport over zee. Dankzij hun zeer laag vochtgehalte nemen zij tijdens de reis geen vocht op. Chips zouden dit wel doen en daarmee tijdens het transport ook mogelijk gaan rotten en broeien.
- Brandhout is de bekendste vorm van houtige biomassa. Brandhout wordt best zo snel mogelijk verzaagd en gekliefd. Hoe sneller het droogproces kan aanvangen, hoe minder kans schimmels en rot krijgen. Bovendien splijt vers hout gemakkelijker wat bij het manueel verwerken een voordeel oplevert;
- Shreds laten in de praktijk een vrij brede range zien in samenstelling, onder meer in het asgehalte, waardoor ze niet zonder meer geschikt zijn voor rechtstreekse inzet als brandstof en er veelal een uitgebreidere voorbewerking noodzakelijk is. Shreds worden vaak gemaakt van wortels en stronken. Omdat bij deze verwerkingtechniek hamers en klepels worden gebruikt en geen messen (zoals een chipper) is dat minder slijtagegevoelig voor de machine. Shreds bevatten als het materiaal uit de grond komt nog zeer veel zand en dat geeft een hoger asgehalte. De shreds worden meestal gezeefd om zoveel mogelijk zand te verwijderen. Shreds zijn ook niet uniform van grootte en erg langvezelig, wat ze ongeschikt maakt voor kleine en middelgrote biomassacentrales of –ketels;