Bouwen aan groenexpertise

Lancetbladige basterdwederik

Epilobium lanceolatum

Hoogte plant

Minimaal:
10cm
Maximaal
60cm

Licht

Min:
lichte schaduw
Max:
licht

Voedsel

Min:
matig voedselrijk
Max:
matig voedselrijk

Bloeiperiode

Vanaf:
juli
Tot:
augustus

Vocht

Min:
droog
Max:
droog

Bloemkleur

wit
rood, rose

Bestuiving

insektenbestuiving
Areaal:

Lancetbladige basterdwederík komt voor in Zuid-, West-, en Midden-Europa, Noord-Afrika (Atlasgebergte) en het MiddenOosten, noordelijk tot Zuidwest-Engeland.

Verspreiding in Vlaanderen:

In Vlaanderen is de soort zeer zeldzaam, zonder duidelijke voorkeur voor een bepaalde streek. De meeste locaties situe ren zich wel in het zuiden, wat min of meer te verwachten is, aangezien de soort bij ons haar noordgrens bereikt. Voor de periode 1939-1971 is er een opvallende cluster van waarnemingen in het Brusselse, die mogelijk betrekking heeft op een waarnemerseffect. ln Wallonië is de soort iets algemener in de lagergelegen gebieden. De uitbreiding van de soort in Vlaan deren kan misschien verklaard worden door de opwarming van het klimaat, gecombineerd met een toegenomen aanvoer van grondstoffen waarmee de soort als onkruid meereist.

Legende: vierkant 1939-1971, stip 1972-2004:
Verspreidingskaart
Kiemperiode:
vanaf Herfst tot Voorjaar
Gebruik:
geen nuttig gebruik
Levensvorm:
hemicryptofyt
kruidachtige chamaefyt
Geslachtsverdeling:
tweeslachtig
Vruchttype:
doosvrucht
Vruchtkleur:
onopvallend
Verbreidingswijze:
wind
water
Indigeniteit:
inheems
Herkomst:
oorspronkelijk inheems
Grime-competitiewaarde:
0.00
Grime-stresswaarde:
0.00
Grime-ruderaliteitswaarde:
0.00
Ellenberg licht:
lichtplanten
Ellenberg vocht:
indicator van droge tot matig vochtige standplaatsen
Ellenberg pH:
zuurindincator
Ellenberg voedselrijkdom:
stikstofarme bodems
Ecologische amplitude:
smalle amplitude
Gebondenheid aan grondwater:
afreatofyt

In tegenstelling tot andere Epilobium-soorten komt lancetbladige basterdwederik dikwijls voor in drogere omgeving. De soort is onder andere te vinden op steenof puinhellingen, in wegbermen, en op muren of kapvlaktes. Ook als tuinonkruid duikt de soort op.

Habitatrichtlijn 2:
Nee
Habitatrichtlijn 4:
Nee
Beschermd:
Nee
Rode lijst:
zeldzaam
Zeldzaamheid KFK-klasse:
18-59 kwartierhokken
In samenwerking met:
Auteur atlasteksten:
Ward Vercruysse
Referenties
  • Van Landuyt W., Hoste I., Vanhecke L., Van den Bremt P. Vercruysse W. & De Beer D. (red.) 2006. Atlas van de Flora van Vlaanderen en het Brussels gewest. Nationale Plantentuin en het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek i.s.m. Flo.Wer vzw.

Cursussen bij Inverde

Boeken