Zoönosen

Natuurlijke ongemakken en zoönosen

Teek, Ixodes ricinus (Vilda/Rollin Verlinde)

Preventie

Werken in de natuur geeft specifieke risico’s, denken we maar aan kettingzagen en bosmaaiers die lelijke wonden en gehoorschade kunnen opleveren. Ook hier zijn we voorzichtig, we gebruiken veiligheidsbrillen, oorbescherming en een zaagbroek. Wat soms wat onderschat wordt, zijn aandoeningen zoals beten, steken en infecties die we kunnen oplopen in bos- en natuurgebieden. Ook hier kan preventie en voorzichtigheid leed voorkomen. Bij infectie zal een beetje gezond verstand voorkomen dat de problemen groter worden. Kort gezegd zijn dit aandachtspunten :

Neem normale hygiënische maatregelen in acht. Was de handen voor het eten en vermijd dat er aarde of plantaardig materiaal in wondjes of de mond terechtkomt.
Wees voorzichtig met zieke of dode dieren, zij zijn een besmettingsbron en mogen niet zonder handschoenen worden gehanteerd. Afhankelijk van de soort zijn zelfs meer preventieve maatregelen nodig.
Wees niet lichtzinnig met wonden, blaasjes, rode plekken etc… Zij kunnen aanleiding geven tot ernstiger problemen of het begin zijn van een infectie. Je hoeft niet voor elke schram naar de huisdokter, maar als bepaalde symptomen een paar dagen aanhouden is het verstandig toch even een arts te contacteren.
Bij ‘gewone’ infecties zoals griep is het een goed idee de arts (die toch moet komen voor een ziekenbriefje) op de hoogte te stellen van je beroep. Op die manier weet de arts welke risico’s je loopt en kan via een bloedproef getest worden of de griep echt wel een gewone griep is. Veel aandoeningen starten met een ogenschijnlijk simpele griep maar worden na verloop van tijd veel erger en soms bijna onbehandelbaar. Wees er dus op tijd bij.

Hieronder staan de meest voorkomende zoönosen en ongemakken die je in onze natuur kan oplopen. Ze worden ingedeeld per type. Zo zijn bacteriële infecties te behandelen met antibiotica, maar de rest niet. Parasieten hebben dan weer een andere werking op het lichaam dan virussen.