Muurbloemmosterd

De Muurbloemmosterd is een middelhoge plant, die van de voorzomer tot de herfst in bloei te vinden is. De levensduur van deze soort is wisselend, van een tot verscheidene jaren. Vóór de bloei is hij al te herkennen aan de blauwgroene tint van de bladeren en de typische tanding van de bladslippen. De kroonbladen zijn lichtgeel met donkergele aderen, ze lijken op die van de Knopherik. Ze zijn ongeveer anderhalve centimeter lang, dus groter dan bij de meeste andere gele Kruisbloemigen. De bloemen zijn bijna even groot als die van de Muurbloem en dit is vermoedelijk de achtergrond van de naam van de plant. De lange hauwen staan wijd uit en eindigen in een flinke snavel. 

De Muurbloemmosterd is inheems in het westelijke deel van Zuid- en Midden-Europa. In Nederland is hij pas omstreeks 1930 opgedoken. Hij is een goed voorbeeld van een neofiet die zich binnen een beperkt gebied met succes heeft gevestigd. Dit gebied omvat de zandige delen van het Land van Maas en Waal en het noordoosten van Noord-Brabant. In deze streken is de Muurbloemmosterd inmiddels een vrij gewone wegberm- en spoordijkplant geworden. 

Hij groeit op zonnige, open, droge, enigszins ruderale plaatsen. Deze langdurig bloeiende plant betekent een verrijking voor de flora van een droog en floristisch tamelijk arm gebied. Stellig is hij een aanwinst voor honingbijen, die de bloemen druk bezoeken. 

© E.J. Weeda, Nederlandse Oecologische flora, IVN, 1987 (deel 2).