Bouwen aan groenexpertise

Breed klokje

Campanula latifolia

Hoogte plant

Minimaal:
60cm
Maximaal
90cm

Licht

Min:
schaduw
Max:
lichte schaduw

Voedsel

Min:
matig voedselrijk
Max:
matig voedselrijk

Bloeiperiode

Vanaf:
juni
Tot:
juli

Vocht

Min:
vochtig
Max:
vochtig

Bloemkleur

paars, violet, purper, lila
wit

Bestuiving

bijen, hommels e.a.
vliegen, zweefvliegen e.a.
dag- en nachtvlinders
kevers
Areaal:

Breed klokje is inheems in grote delen van Europa (behalve in het zuidwesten), maar wordt in België en Nederland beschouwd als een ingeburgerde plant. De kern van het natuurlijke verspreidingsgebied ligt in Midden- en Oost-Europa. Oostwaarts strekt het areaal zich uit tot de Oeral en de Kaukasus.

Verspreiding in Vlaanderen:

Ook uit de negentiende eeuw zijn groeiplaatsen in Vlaanderen bekend, onder meer uit Kanne (Riemst) en Leuven: het gaat duidelijk om exemplaren die werden opgemerkt in parken en tuinen. In de twintigste eeuw zijn vergelijkbare groeiplaatsen beschreven voor Wuustwezel en Aarschot. Tijdens de huidige karteerperiode werden weer nieuwe vindplaatsen beschreven. Of de vroegere verdwenen zijn, is niet bekend. Een grote groeiplaats bevindt zich in het Osbroek (Aalst). Van enkele tientallen planten langs schaduwrijke wegranden in een parkachtig bostype, beschreven in de periode 1977-1979, ontwikkelde de populatie zich tot diverse honderden planten (situatie 2004), verspreid over een oppervlakte van meer dan tien hectare. De planten komen niet uitsluitend meer langs de bosrand voor. Plaatselijk drongen ze op enkele lichtrijkere plekken ook de bospercelen binnen. De populatie bestaat uit planten met blauwe en witte bloemen.

Legende: vierkant 1939-1971, stip 1972-2004:
Verspreidingskaart
Kiemperiode:
vanaf Voorjaar
Gebruik:
siergewassen
Bladseizoen:
zomergroen
Levensvorm:
hemicryptofyt
Geslachtsverdeling:
tweeslachtig
Vruchttype:
doosvrucht
Vruchtkleur:
onopvallend
Verbreidingswijze:
windstrooier
regenwater
Indigeniteit:
neofyt
Herkomst:
Europa
Azie
Grime-competitiewaarde:
0.00
Grime-stresswaarde:
0.00
Grime-ruderaliteitswaarde:
0.00
Ellenberg licht:
tussen schaduwplanten en half-schaduwplanten
Ellenberg vocht:
indicator van matig vochtige tot vochtige standplaatsen
Ellenberg pH:
tussen zwakke base-indicator en base- en kalkindicator,meest op basische bodem
Ellenberg voedselrijkdom:
uitgesproken stikstofrijke bodems
Ecologische amplitude:
smalle amplitude
Gebondenheid aan grondwater:
afreatofyt

Breed klokje komt in Vlaanderen van nature niet voor. Wel houdt de plant al minstens sedert het laatste kwart van de twintigste eeuw op enkele plaatsen stand. Aangezien het een soort is die als sierplant courant aangeboden wordt, ligt het voor de hand dat diverse groeiplaatsen ontstaan zijn uit aangeplante sierplanten die lokaal standhielden of zich zelfs uitbreidden. Groeiplaatsen in parkbos, zoals die in Aalst (Osbroek) en Sint-Kathelijne-Waver (Rozendaal), kunnen zonder meer beschouwd worden als stinsenplantenmilieus. Andere groeiplaatsen ontstonden mogelijk uit weggegooid tuinafval of kwamen mee met aangevoerde grond. De vindplaats aan de rand van de Blekerij te Zeveren (Deinze) in en om een drassig populierenbos is waarschijnlijk op die manier te verklaren. Alle bekende groeiplaatsen betreffen bossen en bosranden op plaatsen met een voedselrijke, vochtig tot natte, neutrale tot licht kalkrijke, eerder kleiige bodem. Van nature groeit de plant vooral in vrij lichte loofbossen in ravijnachtige situaties en langs bergbeken. De dichtstbijzijnde natuurlijke groeiplaatsen liggen in Duitsland (Eifel).

Habitatrichtlijn 2:
Nee
Habitatrichtlijn 4:
Nee
Beschermd:
Nee
Rode lijst:
criteria niet van toepassing
Zeldzaamheid KFK-klasse:
1-17 kwartierhokken
In samenwerking met:
Auteur atlasteksten:
Paul Van den Bremt

Cursussen bij Inverde

Boeken