Een langlot is een lange twijg die wezenlijk bijdraagt aan de volumeontwikkeling van de kroon of aan de lengtegroei van de boom.

Een lot of loot is een jonge scheut van een houtig gewas. Er bestaan zowel langloten als kortloten.

Noesten zijn in het hout ingegroeide takken. Afhankelijk van het feit of de tak tijdens het ingroeien dood of levend is, ontstaan respectievelijk losse of vaste noesten. Noesten worden ook wel kwasten genaamd.

De staande voorraad is de hoeveelheid hout, spilhout met schors, van alle stammen in de opstand, weergegeven in m³ per hectare. De staande voorraad wordt ook wel werkelijke houtvoorraad of staande massa genoemd.

De dominante hoogte is in theorie het rekenkundig gemiddelde van de hoogtes van de honderd dikste bomen per hectare. In de praktijk wordt echter niet van honderd maar van de zes- à tiental dikste, dus dominante, bomen per hectare. Kwestie van het werkbaar te houden...

Fineer is voor kwaliteitshout momenteel zowat de meest hoogwaardige toepassing. Een (zeer) hoog rendement wordt bekomen door de stammen in zeer fijne vellen te snijden. Fineerhout omvat zowel schilfineer als snijfineer. 

Gebreken zijn fouten in het hout die van invloed kunnen zijn op de gebruiks-, en verwerkingsmogelijkheden. Ze worden onderverdeeld in drie groepen volgens groeiafwijkingen, vormvereisten en calamiteiten. Voorbeelden zijn talrijk: draaigroei, maanring, verkleuring, waterlot, maser, harszakken, scheuren, rot, vreemde lichamen en ga zo door.

Het cambium is het levende laagje cellen vlak onder de bast. Hier vindt de (secundaire) diktegroei plaats bij bomen. Door celdeling ontstaat aan de binnenzijde van het cambium spinthout en aan de buitenzijde bastweefsel. Elk jaar een beetje meer, zo ontstaan jaarringen die bij eik bijvoorbeeld heel duidelijk te zien zijn (met het blote oog).

Bosplantsoen zijn opgekweekte bomen en struikjes van één tot maximum vier jarig plantgoed met in Vlaanderen meestal naakte wortel. In buurlanden zoals Nederland en Frankrijk wordt ook wel vaker plantsoen voor bosverjonging met een klein aardkluitje rond de wortels, zogenaamd container- of plugplantsoen, gebruikt. 

Containerplantsoen of plugplantsoen omvat het één tot tweejarig plantsoen, opgevoed in een kleine aardecontainer. Vooral bij naaldhout (Scandinavië). Dit is de tegenhanger van naaktwortelig plantsoen.