De Lieteberg - Bezoekerscentrum

Zuivering

Zuiveren is een oude teeltmethode. Het omvat het in jong bos (voor het omslagpunt) wegnemen van slecht gevormde, beschadigde of kwijnende exemplaren, of ongewenste soorten. Omdat zuiveren meestal geld kost en niet per se aan kwaliteit gewonnen wordt (= dikke zijtakken stimuleren), wordt deze maatregel weinig uitgevoerd.

Volkomenheidsgraad

De volkomenheidsgraad is een maat voor de openheid van een bosbestand. Het is de verhouding tussen het huidige grondvlak en het grondvlak in de opbrengsttabel. Dit getal lag in het 'klassieke' bosbeheer met laagdunning aan de basis van de beslissing wanneer opnieuw een dunning moest worden doorgevoerd, teneinde de houtproductie van het bosbestand op peil te houden.

systematische dunning

Bij een systematische dunning wordt niet gekeken naar de kwaliteit van individuele bomen. Bomen worden bij deze beheermaatregel volgens een vast patroon weggenomen.

Langhoutmethode

Gevelde bomen moeten op lengte uit het bosbestand worden gehaald en tot aan een bosweg worden getransporteerd. Bij de langhoutmethode gebeurt dit door volledige stammen (of lange stamstukken) met een paard, tractor, rupskraan of skidder uit het bestand te slepen of uit het bos te lieren vanop vaste ruimingspistes.

Afpennen

Afpennen is het ondergronds afsnijden van de penwortels van bomen, waarbij deze de grond niet verlaten. Na afpennen is het plantgoed gemakkelijker te verplanten.

Sint-Janslot

Sint-Jansloten zijn nieuwgevormde loten uit slapende of toevallige knoppen, min of meer rond de datum van Sint-Jan (24 juni), maar in ieder geval ruim na het moment van uitlopen van de knoppen in het voorjaar. Hiermee start als het ware een tweede groeiperiode aan, nadat de voorjaarsaanwas reeds tot stilstand is gekomen. Komt voor bij inlandse eik en douglas.

rabatten

Rabatten vormen een patroon van sloten en ophogingen gesitueerd in (vroeger) zeer nat terrein, gericht op het vergroten van de doorwortelbare diepte van de bosbodem.

kortloten

Een kortlot is een lot dat zo kort is dat de knoppen en bladeren dicht opeen staan. Vaak staan deze horizontaal en worden er vruchten op gevormd. Denk maar bijvoorbeeld aan de typische kortloten bij zoete kers, Prunus avium, of bij de Europese lork, larix decidua.