De vluchtafstand is de de maximale afstand tussen een dier en potentieel gevaar waarop dat dier beslist om weg te vluchten.

Verschraling is het verminderen van de hoeveelheid voedsel dat beschikbaar is voor de groei van de vegetatie.

Een metapopulatie bestaat uit een groep van gescheiden populaties, welke min of meer in contact staan met elkaar. Dit verschijnsel komt voor bij soorten waarvan de potentiële leefgebieden verspreid voorkomen, gescheiden door natuurlijke factoren of kunstmatige. Dit kunnen open plekken in bossen zijn, poelen, moerassen, tuinen etc.

De naam korstmos is eigenlijk misleidend want het gaat hier niet om mossoorten. Een korstmos is een symbiose tussen een wier en een schimmel.

Een juveniel is een jong, nog niet geslachtsrijp exemplaar. Juvenielen verschillen vaak van de volwassen exemplaren op gebied van uiterlijke kenmerken en (bij dieren) gedrag.

Gley is het voorkomen van roestkleurige vlekken in het bodemprofiel, ten gevolge van een wisselende grondwaterstand. Als de roestkleurige vlekken het gevolg zijn van stagnerend water boven een ondoorlatende laag spreken we van pseudogley

Fotosynthese is een biochemisch proces waarbij de groene planten, de meeste algen en sommige bacteriën zonlicht als energiebron gebruiken om koolstofdioxide en water om te zetten in suiker. Dit gebeurt in de bladgroenkorrels door middel van het pigment chlorofyl. Bekijk de video rechts boven op deze pagina om meer te weten te komen over het proces van fotosynthese.

Een detritivoor leeft van dood organisch materiaal. Dit materiaal wordt opgenomen in vaste vorm. Een saprovoor leeft ook van dood organisch materiaal meer neemt dit op in vloeibare vorm.

Een carnivoor is een vleesetend organisme.

Dit is de ophoping van (giftige) stoffen uit het milieu in de weefsels van planten en dieren. Bio-accumulatie doet zich voor wanneer een stof sneller in het lichaam wordt opgenomen dan ze wordt afgebroken. Vooral stoffen die goed oplosbaar zijn in vetten, hebben de neiging te accumuleren. Een bekend voorbeeld is DDT.