Vreemde ereprijs is een lage, rechtopstaande, onbehaarde tot zwak beklierde, eenjarige plant die, afhankelijk van de omstandigheden, in de lente, zomer of herfst kan bloeien. De bladeren zijn langwerpig en zwak getand, met schutbladen die als 'lepeltjes' uitsteken. De zeer kleine, witte tot bleekblauwe kroon opent nauwelijks en bestuiving vindt kleistogaam plaats. De plant groeit op zonnige, open plekken op voedselrijke, zandige grond en heeft zich wereldwijd als neofiet gevestigd.
Vreemde ereprijs is inheems in de gematigde streken van Noord- en Zuid-Amerika. Op vele plaatsen in Europa, en ook in Zuid-Australië, is de soort ingeburgerd.
De eerste waarneming in België dateert al van 1845 (herbarium Gent). De waarnemingen van voor 1900 komen dikwijls van locaties in de omgeving van boomkwijkerijen. Er zijn waarnemingen van Wetteren (1845), Gent (1856), de omgeving van Brussel en Leuven (1875). Vreemd genoeg worden in de Atlas van de Belgische en Luxemburgse flora maar enkele uurhokken vermeld (VAN ROMPAEY & DELVOSALLE 1972) en in het tekstgedeelte bij de Atlas wordt de soort niet echt als standvastig beschouwd (VAN ROMPAEY & DELVOSALLE 1978). Vreemde ereprijs heeft zich daarna op zeer korte tijd explosief uitgebreid. Op amper een paar tientallen jaren is de soort van enkele locaties uitgebreid naar het grootste deel van Vlaanderen. Alleen in de Kempen ontbreekt ze voorlopig nog. De actuele verspreiding is waarschijnlijk nog ruimer dan het kaart beeld laat uitschijnen. Doordat de soort vroeg in het voorjaar groeit en bloeit, wordt ze meestal niet waargenomen tijdens zomer- en najaarsinventarisaties. Van niet alle hokken zijn recente voorjaarsinventarisaties voorhanden.
Vreemde ereprijs is een lage tot zeer lage, min of meer rechtopstaande, onbehaarde tot zwak beklierde, iets vlezige, eenjarige plant, die - afhankelijk van de standplaats - in de lente, zomer of herfst in bloei kan worden gevonden. Meestal is de plant alleen aan de voet vertakt en nemen de bloeiwijzen uiteindelijk meer dan de helft van de hoogte in. De bladeren zijn langwerpig en zwak getand, de schutbladen zijn spatelvormig en relatief lang, waardoor ze als 'lepeltjes' ver buiten de zeer kort gesteelde bloemen en vruchten uitsteken. De zeer kleine, witte tot bleekblauwe kroon opent nauwelijks; bestuiving vindt kleistogaam plaats. De vrucht is zijdelings afgeplat, omgekeerd eivormig met een ondiepe topinsnijding en een zeer korte stijl. De zaden verkeren bij rijpheid in kiemrust, maar na ongeveer twee maanden kan al kieming plaatsvinden, althans in het licht op vochtige plekken.
Vreemde ereprijs, oorspronkelijk afkomstig uit Noord- en Zuid-Amerika, heeft zich als neofiet gevestigd in West- en Midden-Europa, Oost-Azië en Australië. De oudste melding uit Europa is uit Engeland en dateert van 1860. In Nederland is hij een voorbeeld van trapsgewijze inburgering. In de 18e eeuw vestigde hij zich in Groningen en Friesland, in de eerste helft van de 19e eeuw in Leiden. Na verspreiding langs de rivieren bereikte hij aan het eind van de 19e eeuw Oudenbosch in West-Brabant en Zuid-Limburg. Vanaf de jaren 70 kwam hij ook op spoorwegterreinen voor en breidde hij zich verder uit naar andere delen van Nederland, hoewel hij nog steeds relatief zeldzaam is.
Vreemde ereprijs is een pionier van zonnige, zeer open plaatsen op voedselrijke, humeuze en verdichte, meestal zandige grond. De levenscyclus van de plant is aangepast aan de vochthuishouding van de standplaats. Langs rivieren en plassen kiemt hij in de zomer op pas drooggevallen maar nog vochtige grond, vaak in gezelschap van andere pionierplanten zoals Tandzaden (Bidens spp.), Duizendknopen (Polygonum spp.), Moeraskers (Rorippa palustris), Rode waterereprijs en Slijkgroen. De openheid van deze standplaatsen wordt veroorzaakt door de fluctuaties in het waterpeil en de schoon schurende werking van stroming en golfslag.
Buiten de invloed van rivieren en plassen komt Vreemde ereprijs ook voor in kwekerijen, tuinen, op begraafplaatsen en bij spoorwegen, waar hij zich in de herfst of het voorjaar vestigt en bloeit. Tijdens de droge zomerperiode overleeft de plant alleen als zaad. Op deze locaties worden vaak Zandraket (Arabidopsis thaliana) en Kleine veldkers (Cardamine hirsuta) als begeleiders aangetroffen.
© E.J. Weeda, Nederlandse Oecologische flora, IVN, 1988 (deel 3)
Vreemde ereprijs is een pionierssoort op open, vochtige, voedselrijke bodems. Ze groeit vaak in plantsoenen en plantenkwekerijen, waar er 'dankzij' intensief herbicidengebruik een continu aanbod aan pioniersmilieus is. Verder groeit de soort op niet te droge spoorwegterreinen, op verdichte bodems langs wegen, op kerkhoven, in tuinen enz. Ze is goed bestand tegen betreding, herbicidengebruik en omwoeling van de bodem.
Ga op zoek naar één of meerdere bomen die voldoen aan jouw criteria.
Wat weet jij over natuur, natuurbeheer en -beleid? Een overzicht van onze populairste testen.