Ook deze rompgemeenschap is een potentieel Zomereiken-Berkenbos waar vaak Grove of Corsicaanse dennen zijn aangeplant. De struiklaag is vrij ijl vergeleken met de andere Dennen-Eikenbossen. De kruidlaag is dan weer veel soortenrijker en bevat heel wat stikstofminnende planten en storingsindicatoren: Gestreepte en Gladde witbol, Gewoon struisgras, Schapenzuring, Pitrus, Gewoon wilgenroosje, Gewone hennepnetel, Gewone vogelmuur, Grote brandnetel, Gewone hoornbloem, Kruipende boterbloem, Gewoon reukgras, Fioringras, enz. Dit heeft te maken met de voorgeschiedenis: vaak gaat het om eerste generatie bebossingen van voormalige (bemeste) landbouwgronden op zandbodems.