Het areaal van pinksterbloem omvat de gematigde en koude streken van het noordelijk halfrond. In België komt de typische ondersoort wijdverspreid voor. De verspreiding van beide andere taxa is weinig bekend.
In Vlaanderen is pinksterbloem globaal een uiterst algemene soort, maar ze is merkelijk zeldzamer in de Duinen en de Polders dan elders. Op basis van de uurhokgegevens is er nauwelijks een trend waarneembaar. In werkelijkheid echter is de soort ongetwijfeld zeer sterk afgenomen in landbouwgraslanden, waar nu veelal alleen nog in de rand een fractie van de voormalige populaties standhoudt. Dat fenomeen kan echter nog niet uit de kaartgegevens op uurhokniveau worden afgeleid.
De Belgische flora onderscheidt drie ondersoorten (pratensis, picra en paludosa), waarvan de taxonomische rang echter voor discussie vatbaar is. Er bestaan overgangsvormen tussen de ondersoorten. Pinksterbloem groeit in natte tot vochtige, matig voedselrijke tot voedselrijke graslanden en in bossen op natte, voedselrijke bodems. De soort komt op alle bodemtypes voor, maar is niet bestand tegen brak water. Periodieke overstroming wordt goed verdragen. Pinksterbloem komt voor op basische tot zwak zure bodems. Echt zure bodems worden gemeden. De soort gedijt in grasland onder maai- of graasbeheer en in bronbossen of beek- begeleidende bossen, ook onder hakhoutbeheer. Bij intensief maaibeheer (gazonbeheer) kan de soort aanwezig blijven en zich vegetatief uitbreiden.
Ga op zoek naar één of meerdere bomen die voldoen aan jouw criteria.
Wat weet jij over natuur, natuurbeheer en -beleid? Een overzicht van onze populairste testen.