Glad biggenkruid is een lage, geheel onbehaarde, lichtgroene, soms rood aangelopen zomerbloeier. De bladrozetten blijven tijdens de bloei opvallend klein en de bladeren hebben een bleke kleur. De citroengele hoofdjes zijn alleen 's ochtends open. Deze soort vertoont heterocarpie: nootjes aan de rand van het hoofdje hebben doorgaans geen snavel, de overige nootjes wel. Glad biggenkruid is een plant van tamelijk open, zonnige plaatsen op droge, voedselarme zandgrond.
Glad biggenkruid is een Europese soort, die vooral voorkomt in het westelijke gedeelte van Europa, vanaf het Middellandse- Zeegebied tot Zuid-Zweden, maar die ontbreekt in Schotland en Ierland. In Wallonië zijn alleen sporadische waarnemingen bekend en is de plant vermoedelijk verdwenen (SAINTENOYSIMON 1999).
In Vlaanderen was de plant vroeger (historische waarnemingen van voor 1940) vrij gelijkmatig verspreid over alle regio’s (behalve de Polders). Een wat sterkere concentratie van waarnemingen situeerde zich in het Hageland. Glad biggenkruid is nu uiterst zeldzaam in Vlaanderen. Het aantal uurhokken is in de tweede karteerperiode tot eenderde teruggevallen. De soort dreigt dan ook helemaal te verdwijnen. Ook in de ons omringende landen is er sprake van een sterke achteruitgang.
Glad biggenkruid is een lage tot zeer lage, meestal geheel onbehaarde, lichtgroene, soms rood aangelopen, eenjarige zomerbloeier. Kieming kan zowel in het najaar als in het voorjaar plaatsvinden; voor de winter gekiemde planten ondervinden zelden vorstschade en ontwikkelen zich gewoonlijk forser dan voorjaarskiemers. De bladrozetten blijven tijdens de bloei opvallend kleiner dan bij Gewoon biggenkruid, zodat het plantje dikwijls een topzware indruk maakt. Ook onderscheiden de bladeren zich door een bleke, niet blauwige kleur. De hoofdjes zijn alleen 's ochtends open en hebben dan een middellijn van ruim één centimeter. Zij bevatten citroengele of licht goudgele lintbloemen, waarvan de buitenste weinig buiten het omwindsel uitsteken en aan de onderzijde geen grijzige tint vertonen. Terwijl de bloeiende hoofdjes dus veel kleiner en minder kleurig zijn dan die van Gewoon biggenkruid, lijken de vruchthoofdjes van beide soorten sprekend op elkaar, ook in grootte! Waar beide verwanten door elkaar groeien, is Glad biggenkruid 's middags - als de bloeiende hoofdjes gesloten Zijn - ternauwernood terug te vinden. Alleen door goed op de middellijn van de bladrozetten te letten, kan de aandachtige waarnemer het tweetal dan nog uit elkaar houden. Gesloten hoofdjes zijn kegelvormig. Glad biggenkruid vertoont heterocarpie: nootjes aan de rand van het hoofdje hebben doorgaans geen snavel, de overige nootjes wel. Van Korensla, waarmee het in habitus en standplaats nogal overeenkomt, verschilt Glad biggenkruid doordat de hoofdjesstelen nauwelijks opgeblazen zijn en enkele schubvormige blaadjes dragen, en doordat ze aan de voet niet koperrood verkleuren.
Glad biggenkruid komt voor in West-, Midden- en Zuid-Europa, Klein-Azië en het Atlasgebied; voorts is het ingevoerd in Noord-Amerika en op enige plaatsen op het zuidelijk halfrond. In Nederland was het vroeger plaatselijk vrij algemeen in de pleistocene streken met het aangrenzende deel van de rivierdalen, en in sommige delen van de duinstreek. Tegenwoordig is het een grote zeldzaamheid geworden, al wordt het stellig weleens over het hoofd gezien. In Noorden Midden-Limburg en in de omgeving van de Utrechtse Heuvelrug handhaaft het zich naar verhouding nog het best.
Glad biggenkruid is een plant van tamelijk open, zonnige plaatsen op droge, kalkarme, meestal zwak zure, betrekkelijk voedselarme zandgrond, zowel op leemarm als op lemig zand. In zuidelijker streken komt het onder meer in open grasvegetaties op humus- en stikstofarm zand voor; bij ons is het echter grotendeels tot akkers beperkt. Toch is Glad biggenkruid geen bijzonder succesvol akkeronkruid. In wintergraanakkers kan de plant profiteren van de mogelijkheid van een lange groeiperiode, van het najaar tot de zomer. De lichthoeveelheid tussen de korenhalmen vormt echter vaak een beperkende factor, zodat Glad biggenkruid in graanakkers voornamelijk tot de randen beperkt is, ofwel pas op het stoppelveld tot volle ontplooiing komt (als de akker tenminste lang genoeg braak blijft liggen). In hakvruchtakkers is aan licht geen gebrek, maar de veelvuldiger bodembewerking laat het plantje een veel kortere periode om zich te ontwikkelen. Door een en ander is het voornamelijk aangewezen op randstroken die wel af en toe meegeploegd, maar niet met gewas bezaaid of beplant worden. Behalve op oudere bouwlanden verschijnt Glad biggenkruid soms ook in jonge ontginningsakkers. Vochtige (verslempte) grond wordt gemeden. Buiten de akkers duikt de plant weleens in andersoortige omgewerkte terreinen op, onder mer in pas ingezaaide bermen en gazons. In de duinstreek komt Glad biggenkruid, behalve op bouwland, soms ook in droog, licht betreden grasland voor en wel op duinzand dat althans oppervlakkig ontkalkt is, onder meer op vroongronden. Dergelijke groeiplaatsen zijn echter schaars en het is niet duidelijk wat hier de specifieke eisen van de plant aan haar milieu zijn. Planten waarmee Glad biggenkruid samen voorkomt, zijn onder meer Kromhals (Anchusa arvensis), Rood guichelheil (Anagallis arvensis subsp. arvensis), Gewone reigersbek (Erodium cicutarium s.lat.), Glad vingergras (Digitaria ischaemum), Akkerviooltje (Viola arvensis), Klein vogelpootje (Ornithopus perpusillus), Vroege haver (Aira praecox) en Gewone zandmuur (Arenaria serpyllifolia).
Glad en Gewoon biggenkruid kunnen met elkaar een bastaard vormen; in Nederland is deze tot dusver niet waargenomen.
© E.J. Weeda, Nederlandse Oecologische flora, IVN, 1991 (deel 4)
Glad biggenkruid is een eenjarige zomerbloeier. De plant houdt van eerder zure, snel opwarmende gronden, maar is extreem gevoelig voor aanrijking van de bodem met stikstof. Vroeger kwam de soort ook voor in eerder open bermen en aan de rand van graanakkers. In of aan de rand van akkers is ze in Vlaanderen in de tweede helft van de twintigste eeuw alleen nog sporadisch gezien.
Ga op zoek naar één of meerdere bomen die voldoen aan jouw criteria.
Wat weet jij over natuur, natuurbeheer en -beleid? Een overzicht van onze populairste testen.