Hydrogamie

Hydrogamie is de voortplantingswijze van veel waterdieren waarbij eieren en sperma in het water worden losgelaten, op een kleine afstand van elkaar, om zo de bevruchting te laten plaatsvinden. Eventueel gebeurt dit in een soort nestholte. Ook bij enkele planten, bijvoorbeeld soorten uit hoornbladfamilie en waterplanten zoals zeegras, wordt pollen via het water naar de stamper getransporteerd. Hydrogame planten hebben soms extra lange pollenkorrels om de trefkans te verhogen.

LAI

De leaf area index of bladoppervlakte index wordt berekend door de totale bladoppervlakte van een vegetatie te delen door de oppervlakte onder die vegetatie. Het is met andere woorden een aanduiding voor het aantal vierkante meter bladoppervlak per vierkante meter bodem. Het bepaalt hoeveel schaduw een plant werpt op de bodem, maar ook hoeveel water ze verdampt.

Limnofiel

Limnofiele vissoorten hebben een voorkeur voor stilstaand of zwak stromend water met een goed ontwikkelde begroeiing met waterplanten, zoals bittervoorn, zeelt en vetje.

Litoraal

Het litoraal is de zone in een waterlichaam waarin nog zoveel zonlicht tot de bodem doordringt, dat wortelende waterplanten zich kunnen vestigen. De eulitorale zone, waar waterplanten voorkomen die boven het water uitsteken, is voor veel vissen belangrijk omdat ze zich er voortplanten en er voedsel zoeken.

MER

Bij het opstellen van een milieueffectrapport wordt nagegaan wat de mogelijke schadelijke gevolgen voor het milieu van een bepaalde activiteit zijn, vóór die activiteit wordt uitgevoerd. Volgens het principe \'eerst denken en dan doen\' kan zo milieuschade worden beperkt of vermeden. De overheid heeft een lijst opgesteld van alle activiteiten waarvoor een MER moet worden opgemaakt. Het gaat meestal om grote industriële bedrijven of grote landbouwbedrijven.

NVWG

Natuurverwevingsgebieden zijn een categorie van gebieden uit het Natuurdecreet waarbinnen een specifiek gebiedsgericht natuurbeleid gevoerd wordt. Samen met de natuurverbindingsgebieden geven ze gestalte aan een Integraal verwevings- en ondersteunend netwerk (IVON). Het beleid in natuurverwevingsgebieden is gericht op handhaving en ontwikkeling van bepaalde natuurwaarden, waarbij andere functies dan natuur (bv. landbouw, bosbouw, militair domein, drinkwaterwinning) nevengeschikt zijn. Binnen natuurverwevingsgebied kunnen de natuurwaarden ruimtelijk verweven zijn (bv. een landbouwgebied met lokaal waardevolle halfnatuurlijke graslanden) ofwel functioneel verweven zijn (bv. landbouwperceel met weidevogels). Voor meer informatie, zie VEN.

NVBG

Natuurverbingsgebieden zijn een categorie van gebieden uit het Natuurdecreet die van belang zijn voor de migratie van planten en dieren tussen de gebieden van het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) en/of natuurreservaten en waarbinnen een specifiek gebiedsgericht natuurbeleid wordt gevoerd. De natuurverbindingsgebieden vormen, samen met de natuurverwevingsgebieden, het Integraal verwevingsen ondersteunend netwerk (IVON). Zie voor extra informatie de fiche over VEN.

Parthenocarpie

Parthenocarpie is vruchtvorming zonder dat er bevruchting heeft plaatsgevonden. De vrucht bevat daardoor geen zaad. Het fenomeen doet zich van nature voor bij o.a. banaan, vijg, druif en appelsien, maar kan ook kunstmatig worden veroorzaakt met groeistoffen of door bestuiving met vreemd stuifmeel.

Pathogeen

Een pathogeen is een biologische ziekteverwekker, bijvoorbeeld een bacterie, virus of schimmel. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen obligate pathogenen, die altijd een ziekte veroorzaken, en facultatieve pathogenen, die soms onschadelijk blijven.

Phanerofyt

Phanerofyten zijn planten waarvan de overwinteringsknoppen bovengronds voorkomen, en die \'s winters zichtbaar blijven (dit in tegenstelling tot chamaefyten). Het gaat vooral om bomen, struiken en dwergstruiken.