Sterzegge is een lage, glanzend geel- tot grasgroene of grijzig groene, in meestal dichte pollen groeiende plant. De tamelijk armbloemige aren zijn bijna bolrond, aan de voet met een paar mannelijke bloemen, hogerop met vrouwelijke, tweestempelige bloemen.
Sterzegge is gebonden aan min of meer natte, matig tot zwak zure, schrale, doorgaans onbeschaduwde en onbemeste standplaatsen. Zij komt vooral voor op humeuze tot venige zand- en leemgrond, minder in gebieden met een dik veenpakket. Zij staat in vaak vrij open, in elk geval laag blijvende vegetaties, al of niet met een gesloten mosdek.
Het areaal van sterzegge omvat bijna geheel Europa, met uitzondering van het uiterste noorden van Scandinavië en het uiterste zuiden van het Iberisch Schiereiland, Italië en de Bal- kan. In Noord-Amerika en in Azië komen nauw verwante soorten voor. In Wallonië is sterzegge in grote lijnen beperkt tot de Ardennen, waar ze vrij algemeen is.
In Vlaanderen vormen de Kempen het hoofdverspreidingsgebied. Verder zijn er verspreide vindplaatsen in de zandige districten. Hoewel het aantal bekende uurhokken na 1972 iets is toegenomen ten opzichte van 1939-1971, is er wellicht toch sprake van een reële achteruitgang als men rekening houdt met de betere inventarisatiegraad van de laatste karteerperiode. Door het verdwijnen van schrale graslanden is de soort hoofdzakelijk aangewezen op reservaten.
Sterzegge is een lage, glanzend geel- tot grasgroene of grijzig groene, in meestal dichte pollen groeiende plant. De onderste scheden zijn lichtbruin. De stengels zijn stomp driekantig tot bijna rolrond. De bladscheden zijn bleek, met groene nerven en dwarsnerfjes. De bladschijf is hoogstens twee millimeter breed, vrij vlak en gekield of min of meer gevouwen en V-vormig op doorsnede, meestal opgericht. De korte maar onderbroken bloeiwijze bestaat uit hoogstens vijf zittende aren, die enige millimeters van elkaar verwijderd zijn. De schutbladen zijn kafjesachtig, het onderste soms priemvormig. De tamelijk armbloemige aren zijn bijna bolrond, aan de voet met een paar mannelijke bloemen, hogerop met vrouwelijke, tweestempelige bloemen; de topaar heeft aan de voet meer mannelijke bloemen en wordt knotsvormig. De kafjes zijn lichtbruin met groene middenstreep en brede vliezige randen. De urntjes staan bij rijpheid stervormig uitgespreid. Ze zijn platbol, eirond, ongeveer twee millimeter lang, lichtgroen, later geelbruin, op de rug generfd, aan de top toegespitst in een kort tweetandige snavel. Aan de voet zijn ze afgerond tot hartvormig, kurkachtig verdikt, met een plooi in de rugzijde.
Sterzegge komt voor in bijna heel Europa, uitgezonderd het uiterste noordoosten en zuidoosten, in de Kaukasus, het Atlasgebied en oostelijk Noord-Amerika. Nauw verwante (onder)soorten komen elders in Noord-Amerika, in Oost-Azië en in Australië voor. In Nederland is Sterzegge vrij zeldzaam in de pleistocene streken en in laagveengebieden in Noordwest-Overijssel, Zuid- en Midden-Friesland, oostelijk Zuid-Holland en naburige delen van Utrecht en Noord-Holland; zeldzaam in de duinen van Callantsoog tot Terschelling, in het rivierengebied en in Zuid-Limburg.
Sterzegge is gebonden aan min of meer natte, matig tot zwak zure, schrale, doorgaans onbeschaduwde en onbemeste standplaatsen. Zij komt vooral voor op humeuze tot venige zand- en leemgrond, minder in gebieden met een dik veenpakket. Zij staat in vaak vrij open, in elk geval laag blijvende vegetaties, al of niet met een gesloten mosdek. Zij mijdt uitgesproken voedsel- en/of basenrijke milieus, maar laat op de meest voedsel- en basenarme plaatsen ook verstek gaan. Meestal groeit zij op blijvend natte grond, maar op leem en humusrijk zand staat zij ook wel op plekken die 's zomers oppervlakkig uitdrogen. Het water op haar groeiplaatsen is voor een belangrijk deel rechtstreeks of via oppervlakkige afstroming afkomstig van neerslag en daardoor fosfaat- en basenarm. Een zekere invloed van het grondwater (of eventueel oppervlaktewater) is echter steeds aanwezig. Vaak treedt Sterzegge samen met de eveneens zuurindicerende Zompzegge en Zwarte zegge op, maar zij is meer een fijnproever dan deze twee, mijdt onregelmatige waterstandswisselingen en andere verstoringen; tevens ontbreekt zij in brakwatervenen en in hoogveen. Veel van de begroeiingen waarin Sterzegge optreedt, blijven in stand doordat ze 's zomers gemaaid worden. In verband hiermee is zij tegenwoordig voor een belangrijk deel aan reservaten gebonden. Vooral in hooiland wordt zij vaak vergezeld door Blauwe zegge, dikwijls ook door Geelgroene zegge. Het mosdek bestaat voor een belangrijk deel uit Veenmossoorten (Sphagnum spp.) van niet extreem voedselarm milieu. Vrij talrijk komt Sterzegge voor in drassige, schrale hooilanden aan de rand van beekdalen en in kalkloze brongebieden. Verder is zij regelmatig te vinden in blauwgraslanden. In heidegebieden staat zij op lage, vochtige plekken met een open begroeiing, die vooral op lemige grond sterke verwantschap met blauwgrasland kan vertonen. Ook groeit zij wel op de oevers van heidevennen. De groeiplaatsen in kalkarme duinvalleien betreffen deels hooilanden, deels Zeggemoerasjes te midden van duinheide. In verlandingsvegetaties in laagveenplassengebieden treedt Sterzegge op in verzuurd trilveen en soms ook in veenmosrietland, maar alleen in zoete of zeer zwak brakke omgeving. Een enkele maal verschijnt zij op natte, open plekken in loofbos. Planten waarmee zij dikwijls samen voorkomt, zijn -- naast de al genoemde Zeggen -- onder meer Moerasviooltje (Viola palustris), Waternavel (Hydrocotyle vulgaris), Moerasstruisgras (Agrostis canina), Egelboterbloem (Ranunculus flammula) en enige Russen (Juncus spp.).
© E.J. Weeda, Nederlandse Oecologische flora, IVN, 1994 (deel 5)
Sterzegge is een soort van vochtige, matig zure en schrale graslanden, zoals blauwgrasland, schrale hooilanden en vochtige boswegen. Wellicht geeft deze zegge, net als vlozegge, de voorkeur aan basenrijk grondwater, maar sterzegge is alleszins veel minder kieskeurig en houdt veel langer stand bij zich wijzigende omstandigheden. Omdat deze kleine zegge weinig concurrentiekrachtig is, kan ze enkel standhouden in relatief open vegetaties.
Ga op zoek naar één of meerdere bomen die voldoen aan jouw criteria.
Wat weet jij over natuur, natuurbeheer en -beleid? Een overzicht van onze populairste testen.