Dit zijn ruigtes op natte tot vochtige voedselrijke grond zonder een duidelijk graslandkarakter. Het verbond van Harig wilgeroosje omvat natte ruigten langs waterlopen op voedselrijkere standplaatsen. Het betreft ruigten en zomen op natte, vaak stikstofrijke plaatsen, die in mindere of meerdere mate onder invloed staan van overstromingen, hetzij door oppervlaktewater, hetzij door opstijgend grondwater. Het habitattype is beperkt tot alluviale moerasvegetaties zonder een duidelijk graslandkarakter (bv. geen dominantie van grassen of andere typische graslandsoorten). Harig wilgenroosje vormt de dominante soort. Andere kensoorten zijn Moeraskuiskruid, Geoord en Gevleugeld helmkruid, Groot Warkruid en Goudgele Honingklaver. Ook veel typische ruigtekruiden zoals bijvoorbeeld Moerasandoorn komen voor.